donderdag 31 december 2015

Domper in Limburg en euforie in Zeeland

Na twee bezoeken aan Noord-Limburg tussen Lottum en Broekhuizen, op 3 en 7 december j.l. voor een mannetje Witkopgors en zeer waarschijnlijk ook een vrouwtje, was het resultaat toch wel bedroevend.
Ja het was met name op donderdag 3 december prachtig weer en wederom gezellig bijgepraat met deze en gene, maar de gorzen waar Frans, Wim, Harriet en ik voor kwamen, lieten zich niet zien.
Uiteraard viel Luuk Punt, die vanwege werk in het onderwijs, feitelijk alleen in de weekends en de vakanties kan vogelen, zaterdagochtend met zijn neus in de boter: het mannetje kwam, op een door de broers Martens geregelde voerplek. Echter naar bleek, niet langer dan een klein half uur met tussenpozen. Wim en Harriet en velen met hun, dipten hem toch die zaterdag weer en Frans en ik zagen hem ook niet bij de voerplek op maandagochtend de 7e. Wel verscheen er een heel licht vrouwtje tussen de Geelgorzen, maar diezelfde avond nog, werd al duidelijk, dat dat vermoedelijk een hybride Witkopgors x Geelgors is: er zou wat geelzweem te zien zijn op dekveren en bij de keel.
Witkopgors, Oost Siberië en Geelgors, West Siberië, kunnen met elkaar kruisen in de overgangszone.
Hybride Witkopgors X Geelgors, Lottum Noord Limburg
Totaal onverwachts kwam er op 15 december een melding van een vrouw Witkopgors uit Zeeland:
Marcel Klootwijk ontdekte de vogel bij de Wilhelminaschor aan de rand van de Oosterschelde, ten noorden van Wilhelminadorp, Zuid Beveland. Deze vogel vertoonde op de eerste foto's geen enkel geelzweem!
Het advies van August van Rijn, die daags erna al was geweest, luidde: GAAN!
Dus, afgemeld voor theatersport en met Frans en Wim er in alle vroegte donderdag de 17e naar toe.
Eenmaal op de locatie, in de ochtend schemer gaan zoeken met aantal Vlaamse vogelaars en o.a. Enno Ebels. Het eerste kwartier was erg spannend: zou ze er nog zitten, of toch 's nachts vertrokken zijn? Een vogelaar uit Gent, zag op zeker moment een gors opvliegen en weer invallen. Poeh, dat gaf hoop.
Kort hierna zag Enno haar met de scoop net achter het hekwerk bij het hoge gras zitten.

Speurend naar de Witkopgors in Zeeland
Wij konden toen behoedzaam naderend de dijk af, om de vogel ook in beeld te krijgen. Kort hierna zag ik haar voor het eerst; mooi getekend beestje, maar heel vaak wegvallend door de grijs-roodbruine en vaal witte kleuren en de donkere rugstrepen. Ze verdween kort hierna weer uit beeld, vloog opeens hoog op naar de hoge populieren verderop langs de dijk, maar keerde spoedig terug en viel in achter het gaas ergens in het hoge gras. Nou dat werd lastig zoeken, tot ik haar zelf terugvond, diep in het hoge gras, in een smalle sleuf tussen wat hoge pollen door.
Net gearriveerde vogelaars konden haar, zij het met enige moeite, nu ook zien. Na enige tijd vloog ze onverwachts weer op en was voor even uit beeld.

Witkopgors, Schor Wilhelminapolder Zuid-Beveland

Schor Wilhelminapolder, Ooosterschelde en Zeelandbrug
Uiteindelijk bleek ze toch weer druk te foerageren achter het hekwerk en kon Frans haar vanuit een bepaalde hoek ook wat beter zien.
Frans, speurend naar het Witkopgorsje
Het bleef lastig, om een aardige foto van de Witkopgors te maken, daar ze heel kort achter het gaas bleef foerageren. Om haar op de foto te krijgen, had je dan vaak maar een goed richtpunt. Ik ruilde op een bepaald met Co vd Wardt van plek, omdat hij vrijwel niets kon zien en alleen mijn sluiter maar hoorde gaan.
Witkopgors, Schor Wilhelminapolder Zuid Beveland
Uiteindelijk gebeurde dan toch datgene, waar ik op gehoopt had: ze vloog op en landde een stuk links van ons, op de draad van het hekwerk. In een drafje er naar toe en samen met Michel Veldt tegen de dichts bijzijnde vogelaars geroepen, dat ze niet al te dicht moesten naderen, want dan konden wij het wel schudden en zou ze er vandoor gaan. Het lukte gelukkig om een stuk of vijf foto's te maken van enige afstand, waarna ze de lucht in vloog.

Witkopgors, Zeeland, klik op foto voor vergroting
Tot slot vond Chris de Nooijer haar weer terug, dicht bij het hekwerk.
Zo kwam het dus toch nog goed met de Witkopgors, een zeer zeldzame soort, die al bijna twintig jaar niet meer te zien was geweest in ons land.

Witkopgors, Schor Wilhelminapolder Zuid-Beveland
   

donderdag 24 december 2015

Velduilen spektakel in de polder

De afgelopen weken waren er bij Zevenhuizen in de polders langs de Slingerkade, een aantal Velduilen te zien. Ik ben er een paar keer naar toe geweest en schatte het aantal vogels op zo'n 6-8 uilen. Velduilen zijn fascinerende beesten, die ook overdag jagen. Het zijn zowel stand-, als trekvogels. De broedparen in ons land zijn nogal afgenomen. Ze broeden o.a. nog op de waddeneilanden. Deze groep kwam waarschijnlijk van Rusland, of Noord-Scandinavië en vond hier in de polders een gedekte tafel, die voornamelijk bestaat uit Woelmuizen.
Velduil in het zonnetje, klik op foto voor vergroting
Mede door de sociale media, was de belangstelling voor de vogels enorm. Het aantal auto's met waarnemers, fotografen en  dagjesmensen, nam in rap tempo toe. Zolang een ieder in, of bij de auto bleef ging het prima en konden de uilen rusten langs de sloot en jagen langs de dijk.
Helaas, zijn er altijd fotografen, die zich niet kunnen beheersen. Ik heb groepjes compleet in camouflagepak, bijna op een drafje naar een uil toe zien lopen: en dan raar opkijken als de uil opeens wegvliegt.
Rechts mijn zus Marian, met haar net aangeschafte kijker
In het begin hebben wij een aantal van deze "vogelliefhebbers" op hun gedrag aangesproken, maar op den duur was er geen houden meer aan en werd het een grote kermis, met de uilen als lijdend voorwerp. Men wil hoe dan ook een foto van een uil hebben; leuk voor familie, vrienden en natuurlijk je facebook.  Dat daarbij de uilen onnodig veel stress oplopen en uiteindelijk ook niet meer goed kunnen jagen, zal menigeen een zorg zijn.
Velduil bij  Eendragtspolder, Zevenhuizen

Velduil jagend boven de dijk

Mijn foto's maakte ik vanuit de auto, naast de auto en van boven af de dijk. In het begin ben ik soms een paar meter naar beneden gelopen. Je voelt dan vanzelf aan, tot hoever je kunt gaan, door heel goed op het gedrag en de houding van de uil te letten. Feitelijk is het ook onnodig, met de geweldige fotoapparatuur die vandaag de dag beschikbaar is. Als je foto scherp genoeg is en op de juiste manier belicht, kun je eenvoudig een uitsnede maken en krijg je een prima eindresultaat.
Velduilen vliegshow boven de polder
Velduil rustend  op perceel met spruitjes

Terwijl iedereen druk bezig was met de uilen, lette ik op een groep spreeuwen, waar iets lichts mij in opviel, toen de groep opvloog: er bleek een deels leucistische vogel tussen te zitten. Wit wil zeggen, dat er spraken is van pigment tekort. Het bleek nog knap lastig om het beest voor de lens te krijgen, daar de groep herhaaldelijk opvloog, wanneer er een fietser, of iemand met een hond langs kwam.
Uiteindelijk lukte het dan toch, om deze bijzondere spreeuw te vereeuwigen.
Leucistische Spreeuw langs Slingerkade, Zevenhizen

Tot slot nog twee foto's van Velduilen, kort voor donker. Fascinerend vond ik met name de kleurverschillen van hun verenkleed en oogde de ene uil ook weer wat forser dan de andere. Het mannetje is doorgaans iets lichter op gezicht en onderzijde en wat minder zwaar gestreept. Op de laatste foto, zie je een Velduil die ik tegen donker ontdekte vanuit de auto. Ze zat onderaan de dijk, aan deze kant van de sloot. Ik kon uiterst behoedzaam een paar opnames maakte en kreeg toen gezelschap van een andere auto. Een jongeman stapte uit om een paar foto's te maken. Op dat moment zag je meer spanning komen in het lijf van de uil en gingen de oorpluimen omhoog. Ze begon toen ook mij "boos" aan te kijken en vloog kort hierna weg.

Donker getekende Velduil, met zichtbare oorpluimen

dinsdag 1 december 2015

Bliksembezoek aan Terschelling

Bij thuiskomst van de trip naar de Grijze Wouw bij Kootwijkerveld,  kwam er een melding binnen via DBA alerts: Woestijngrasmus op Terschelling! Aanvankelijk dacht ik, dat het om dezelfde soort ging, als die van precies een jaar geleden bij Alphen a/d Rijn. Dat betrof echter de Afrikaanse Woestijngrasmus, terwijl deze vogel uit Centraal Azië komt.
Afrikaanse Woestijngrasmus, Alphen 27-11-2014
Behalve dat beide soorten in een heel ander continent voorkomen, verschillen ze ook van kleed en zang: Afrikaanse is meer licht geelbruin, heeft o.a. licht geelbruine poten en geen tekening op tertials en middelste staartpennen. Genoeg redenen om toch een tocht naar Terschelling te ondernemen op maandag 16 november. Wim Kolber, die deze soort ook nog niet had, en ik konden gelukkig de auto van sportvriend Johan lenen,  daar die van ons nog steeds bij de garage stond.


De rit naar Harlingen verliep zonder problemen en met de sneldienst van 12.30 uur, kwamen wij drie kwartier later al op Terschelling aan. Na een klein kwartiertje lopen langs de haven van West Terschelling, sloten wij aan bij de aanwezige vogelaars en kregen het beestje al vrij snel in beeld. Hij foerageerde veel op, of net boven de grond, trok zich vrijwel niets aan van de waarnemers en vloog vervolgens naar een ander stukje terrein, waar hij kort achter het hekwerk even uit het zicht verdween.
Op eens kwam hij door het hek weer te voorschijn, op een paar cm van de voeten van een van de waarnemers. Die - hij stond nog naar het beestje te zoeken - werd te verstaan gegeven, absoluut niet te bewegen, anders was dat einde voorstelling.
Woestijngrasmus, Terschelling

De Woestijngrasmus vloog daarop naar een bouwterrein, waar het weer even zoeken was, maar waar hij op een gegeven moment toch weer te voorschijn kwam en op de stenen ging foerageren. Het was wel geweldig, om zo'n zeldzame soort van zo dichtbij te kunnen zien. Gelukkig gaven de meeste waarnemers de vogel voldoende ruimte om te foerageren. Het was ook nergens voor nodig, om het beestje op te jagen, als je rustig een bepaalde plek uitkoos, kon hij zomaar ineens jouw kant op kruipen.


Wim, geconcentreerd turend naar de Woestijngrasmus



De Woestijngrasmus liep naar de kant van Wim en een paar andere waarnemers en daarna weer steeds meer onze kant op. Ik kon een paar mooie opnames maken, tot hij opeens opvloog en met een bochtje pal over de rug van de jongeman scheerde, die naast mij lag te fotograferen.

Wim maakte deze foto van mij, gespannen afwachtend, of de vogel onze kant op zou komen

De vogel vloog richting havenkade, waar wat oorlogsgeschut en zeevaart objecten uit het verleden liggen.
Hij scharrelde kort bij het huisje met de vlag en vloog toen langs de kanonnen en landde voor een paar seconden op het voorste object op de foto.

Woestijngrasmus Terschelling, 16-11-2015


Woestijngrasmus op de restanten van ankerlier van een Duitse zeilschoener



Navraag bij VVV Terschelling en Hille van Dieren van het wrakken-museum leerde,  dat het hier een stoom aangedreven ankerlier van de Duitse zeilschoener Dermar (1890) betreft.



Na ons bliksembezoek van drie uurtjes aan Terschelling, konden wij nog net op tijd de snelboot van 16.15 uur naar Harlingen halen. Al met al een geweldig geslaagde twitch van een bijzonder vogeltje.

vrijdag 20 november 2015

De Grijze Wouw, een beauty van een roofvogel

Al een paar dagen was er een Grijze Wouw actief bij het Kootwijkerveld ten oosten van Stroe.
Vrijdag 13 oktober besloten Frans van Antwerpen en ik het er op te wagen en vertrokken 's ochtends om 6.00 uur uit de randstad.
De Grijze Wouw, een werkelijk schitterende, maar tamelijk kleine roofvogel (ongeveer even groot als een boomvalk), stond al heel lang op mijn verlanglijst. De vogel liet zich hier de afgelopen jaren een paar keer kort zien, maar dan net op die dagen dat ik werkte, of in het buitenland zat. Dit was dus de
kans, om deze vogel eindelijk te zien.
Na een flinke wandeling van een half uur, naderden wij de bewuste plek, waar de meeste meldingen vandaan kwamen. Het begon al aardig licht te worden en wij zagen drie vogelaars onze kant op komen. "Hij vloog jullie kant op" riep een van het drietal. Hij zou hier in de buurt moeten zitten.
En ja, kort hierna zagen wij hem voor het eerst; een kleine wit-grijze roofvogel tussen de takken van een boom wat verder de hei op. Eindelijk dan, onze eerste Grijze Wouw!
Grijze Wouw, Kootwijkerveld 
Door de scoop van Frans, waren de diverse kenmerken prachtig te zien: de licht blauw-grijze bovenzijde, de zwarte armdekveren, witte onderzijde met zwarte handpennen, de witte kop met zwart masker, het amberrode oog en de korte gele poten. "oh wat is ie mooi, wat een prachtbeest" riep Frans alsmaar. Het was ook echt een beauty. Even later ging de vogel jagen, waarbij hij ook prachtig te zien was: biddend, afzeilend, weer biddend en dan opeens een stootduik, op..... ja op wat: had hij nu een muis? "Hij heeft een slang!" riep Frans. Helaas verdween de Wouw echter met zijn prooi uit beeld over de bosrand.
Gelukkig keerde de vogel na een half uurtje weer terug en ging uitgebreid poetsen en rusten in een boom die op ongeveer twee honderd meter afstand stond.
In vertrouwd gezelschap van Ben van den Broek en Bart van Beijeren, die wat later gearriveerd waren, konden wij de vogel nog een klein uurtje fraai zien, voordat wij weer op huis aan moesten.
Grijze Wouw, rustend, klik voor vergroting op foto

zaterdag 7 november 2015

Mogelijke Blauwe fase Ross Gans bij grensgebied Limburg en Noord Brabant

Sinds een paar dagen kwamen er meldingen en wat foto's binnen, over een bijzondere Ross Gans bij het grensgebied tussen Limburg en Noord Brabant. Het betrof een ongeringde Ross Gans blauwe fase met gaaf verenkleed. De commentaren op de site van Dutchbirding neigden naar de mogelijkheid, dat dit best wel eens een wilde vogel zou kunnen zijn en dus niet afkomstig van een kweker.

Net als zijn grotere broer de Sneeuwgans, die hier 's winters meer gezien wordt (maar ook door kwekers meer gehouden wordt), kent de Ross Gans naast de witte fase, dus ook een blauwe fase.
Deze komt echter in veel mindere mate voor dan bij de Sneeuwgans en wordt ook voor zover bekend, niet/nauwelijks in gevangenschap gehouden.

Kortom aanleiding genoeg, om op maandagochtend 26 oktober, maar weer eens richting Noord Limburg te rijden. De laatste meldingen van zondag kwamen vanuit Beugen-de Vilt, net over de grens in Noord Brabant.
Ross Gans blauwe fase tussen Grauwe Ganzen bij de Vilt
Eenmaal op enkele kilometers van de locatie, checkte ik mijn Iphone nog even voor de juiste plek.
Gelukkig zag ik ook al een melding van de Ross Gans deze ochtend, ingevoerd door Pieter Doorn.
Bij het lezen van de toelichting bij zijn waarneming, zonk de moed mij echter in de schoenen:
De groep Grauwe Ganzen, met daar tussen ook de Ross Gans, werden opgeschrikt door een fietser, vlogen op en kort hierna voor Pieter uit beeld. Na een uur zoeken niet meer gevonden, schreef Pieter. Heb ik dat, dacht ik gelijk. Twee uur rijden, hij zat er dus wel, maar was nu spoorloos.

Mijn humeur werd er niet beter op, toen een vriendelijke locale vogelaar met Bourgondisch buikje, vertelde dat hij al jaren ganzen telde en dat de Ross Gans op heel veel plekken kon zitten: overal zijn plasjes, meertjes en ook de grindgaten langs de Maas zijn geliefde plekken voor de ganzen. Met een opgewekt "misschien komt hij nog terug" en een "nou doeg hoor" klom de veteraan op zijn fietsje en verdween uit beeld. 

Voor ik naar de auto terug liep, besloot ik nog even voorbij een kleine groengordel te lopen en mijn kijker te richten op een groep ganzen aan de overkant van de plas (de kant waar de auto stond).
Krijg nou wat, het kon bijna niet waar zijn, een duidelijk spierwitte kop aan de rand van het water tussen de Grauwe Ganzen. De Ross !!!, dat kon echt niet anders. Met gezwinde pas het pad terug tussen de beide plassen weer ingeslagen op weg naar de andere kant. Vrij snel hierna de melding ingevoerd, dat ik hem had teruggevonden, wat mij even later de nodige bedankjes van locale vogelaars opleverde.

Ross Gans is alert, evenals een paar Grauwe Ganzen
Naderen moest behoedzaam; je wilt de vogels niet verontrusten en ook anderen nog de kans geven van deze vogel te genieten. Staand, deels in  de schaduw van een haag met braamstruiken, ging dat prima. De Ross Gans rustte ook vaak tussen de Grauwen en was dan vrijwel niet te zien.

De laatste twee foto's maakte ik vanaf het dak van de auto, toen ik feitelijk al op weg naar huis was, met de camera op een rijstzak. De invalshoek was hier anders, evenals de lichtval. 
Nu maar zien, wat het CDNA  (Commissie Dwaalgasten Nederlandse Avifauna) hier over een jaar van zegt: wordt deze fraaie blauwe fase Ross Gans aanvaard, of niet.
*Naar nu - begin december 2015 - blijkt, zijn er na uitvoerig onderzoek door het CDNA, al in de eerste beoordelingsronde voldoende aanwijzingen voor een aantal kenmerken in verenkleed en postuur van deze vogel, die kenmerkend zijn voor Sneeuwgans. Hij wordt vanaf nu aangeduid als,
Hybride Ross' Gans x Sneeuwgans.
Voor het onderzoek en nadien de onderbouwing op de DBA-site, is de eerste foto hieronder gebruikt.
Het leverde heel veel commentaren, vragen en aanvullingen op, met als bijzondere bijkomstigheid, dat er ruim 4000 hits op mij foto zijn geteld.

Ross Gans blauwe fase, rustend

zaterdag 31 oktober 2015

Terug langs de kust in drie etappes

Etappe 1

Vrijdag 16 juli besloten mijn vriend Harrie en ik vanuit Zuid Beveland de kustweg terug naar huis te nemen. In Wilhelminadorp net boven Goes, waren wij naar de uitvaart van de vader van een goede vriendin geweest. De lucht werd steeds grijzer door het naderende regenfront, maar bij de kust aangekomen was de lucht boven zee toch nog vrij licht van kleur.

Ik had Harrie zeehonden beloofd bij de spuigaten aan het begin van de Brouwersdam en jawel die waren er. "Allemachtig, dat lijkt wel een nijlpaard! Wat een joekel van een beest" riep Harrie.
Hij bofte, want een forse Grijze Zeehond stier met zijn spitse snuit, liet zich mooi zien.

Grijze Zeehond, Brouwersdam

Nadat ik nog een wat verder weg zwemmende Roodkeelduiker ontdekte, vroeg ik Harrie wat dichter langs de basaltblokken te rijden. Even later vroeg ik hem om te stoppen: er rustte een Wulp tussen een groep Scholeksters. Harrie deed het raam open en hield op mijn verzoek zijn adem in, zodat ik half leunend op zijn toch wel omvangrijke torso, snel een paar foto's uit de hand kon maken. Hierna werd het steeds donkerder, viel er meer regen en gingen wij op huis aan.

Rustende Wulp, Brouwersdam

Etappe 2

Een week later met Wim en Harriet Kolber en Don de la Rambelje een dagje vogelen op de 2e Maasvlakte. Wij vonden daar gelukkig vrij snel de Arendbuizerd, die hier nu voor het derde jaar komt overwinteren en bijna in zijn volwassen kleed is. Voor Harriet en Don een nieuwe soort.
Don kon wat aardige opnames maken toen de arend, weliswaar op enige afstand, de weg over vloog naar een ander terrein. Pas laat in de middag, toen wij weer een uurtje uittrokken voor de vogel, kon ik hem aardig vastleggen, maar de grauwe lucht noodzaakte tot overbelichten. Met wat Photoshop werk, heb ik er nog iets van kunnen maken. Zo'n vogel vraagt echt om een helder blauwe lucht.

Arendbuizerd, 2e Maasvlakte

Bij de dam langs de oude stuifdijk, werden wij door andere vogelaars attent gemaakt op een mogelijke Noordse Stern. Wim bevestigde al snel dat het om een Noordse ging: hij heeft o.a. duidelijk kortere poten dan een visdiefje, een langere staart en een meer sierlijk vliegbeeld.

Noordse Stern, 2e Maasvlakte
Toen ik hem even kwijt was, riep Don "John recht voor je"|: hij kwam van zee aan gevlogen en ging uitgebreid een bad nemen, niet al te ver van de kust.
Noordse Stern neemt bad, 2e Maasvlakte
Kort hierna kwam hij aan land op de dam, om te rusten en te poetsen. Don en ik konden bij nog steeds matig licht, toch een serie aardige platen maken en Wim raakte steeds meer in verwarring over het merkwaardige kleed van deze juveniele vogel. Een aantal kenmerken klopte niet helemaal:
zo was o.a.de snavel nog deels rood bij de basis. Ik vond het wel een apart en mooi kleed en dat ook nog eens bij mijn eerste Noordse Stern. Al met al een leuk en succesvol dagje Maasvlakte.

Noordse Stern, 2e Maasvlakte Slag Maasmond

Etappe 3

Afgelopen woensdag 28 oktober stelde ik mijn vrouw en dochter voor een wandeling te maken op het strand bij Hoek van Holland. Mogelijk zouden wij daar nog een Kleine Alk treffen, die daar de vorige middag laat nog was gezien.
Terwijl ik nog even naar de auto terug liep, om een extra jack aan te trekken - er stond een pittig windje en het was wederom grijs - checkte ik mijn IPhone, die regelmatig bleef zoemen vanwege inkomende berichten.

Allemachtig,  Walvissen voor Scheveningen haven, gezien en gemeld door Wim van Yperen: de halve App groep ontplofte zo'n beetje. Mozes, dacht ik, heb ik dat: woon je op nog geen 5 km van de haven, zijn er Walvissen te zien en zit je dus in HvH net vrouw en dochter. Ik riep ze zo hard ik kon terug en wij zo snel mogelijk naar Scheveningen. Ik had ondertussen Wim gebeld, die zei dat ze wat rond dobberden voorbij het Zuider Haven Hoofd. Wachten bij HvH tot ze daar zouden opduiken leek hem geen goed idee. Wij stopten in Kijkduin,  enterden het poffertjes restaurant voor een snel drankje en een noodplas. Ik holde weer naar buiten, maar zag mede door het slechte zicht nog steeds geen Walvissen. Terug het restaurant in, de latte Machiato naar binnen gegooid, Annemiek haar tosti meegenomen - zij kreeg mijn poffertjes - (ze zouden wel met de bus naar huis gaan) en als een gek naar het ZHH gescheurd. Ondertussen twee maal met Hans Overduin gebeld; ja ze waren nog te zien. Het ging om Noord Atlantische Grienden, zeker 7 dieren! Hans was trouwens zonder geheugenkaart in zijn camera naar de haven gesneld (die zat nog in de PC, waar hij achter zat).

Eindelijk de auto geparkeerd en in een drafje het Zuider op.  Kwam als eerste Rinse tegen, die zei dat ze nog te zien waren en de juiste richting aan wees. Jemig ja, daar zag ik de koppen, wouw wat een beesten, wat een groep. Het linker dier op de foto hier onder laat nog net iets van de witte borstvlek zien, die in de vorm van een anker over borst en buik loopt.    

Noord Atlantische Grienden, Scheveningen



Kort na mij arriveerde Garry Bakker, die door zijn  scoop zelfs de ogen kon zien. Die zag ik kort hierna ook door een andere scoop. Annemiek en Mirte waren via het strand komen lopen, maar de dieren waren vandaar nog steeds niet te zien. Uiteindelijk konden ze door de scoop van Marijn Hoogteijling, de Walvissen wel zien.
Halverwege de middag arriveerden nog vier jonge mensen uit Groningen! Ze bleken van SOS Dolfijn te zijn en wilden de dieren heel graag zien. Ze waren nog net op tijd, want de groep trok al naar NW dieper de zee op. Wat een sensatie en ook heel bijzonder: volgens een bioloog komt het maar heel sporadisch voor dat een groep Grienden zich zo dichtbij de kust, in voor hun ondiep water laat zien.

Senior Birders Josephine en Piet praten na over de Grienden